Summary


Dutch

Detailed Translations for vooruitkomen from Dutch to Swedish

vooruitkomen:

vooruitkomen verb (kom vooruit, komt vooruit, kwam vooruit, kwamen vooruit, vooruit gekomen)

  1. vooruitkomen (erop vooruit gaan; vorderen)
    förbättra; bli bättre
    • förbättra verb (förbättrar, förbättrade, förbättrat)
    • bli bättre verb (blir bättre, blev bättre, blivit bättre)
  2. vooruitkomen (verder komen; vorderen)
    gå framåt; göra framsteg
    • gå framåt verb (går framåt, gick framåt, gått framåt)
    • göra framsteg verb (gör framsteg, gjorde framsteg, gjort framsteg)
  3. vooruitkomen (uit een minder gunstige positie vooruitkomen; opwerken; jezelf opwerken)
    arbeta sig upp
    • arbeta sig upp verb (arbetar sig upp, arbetade sig upp, arbetat sig upp)

Conjugations for vooruitkomen:

o.t.t.
  1. kom vooruit
  2. komt vooruit
  3. komt vooruit
  4. komen vooruit
  5. komen vooruit
  6. komen vooruit
o.v.t.
  1. kwam vooruit
  2. kwam vooruit
  3. kwam vooruit
  4. kwamen vooruit
  5. kwamen vooruit
  6. kwamen vooruit
v.t.t.
  1. ben vooruit gekomen
  2. bent vooruit gekomen
  3. is vooruit gekomen
  4. zijn vooruit gekomen
  5. zijn vooruit gekomen
  6. zijn vooruit gekomen
v.v.t.
  1. was vooruit gekomen
  2. was vooruit gekomen
  3. was vooruit gekomen
  4. waren vooruit gekomen
  5. waren vooruit gekomen
  6. waren vooruit gekomen
o.t.t.t.
  1. zal vooruitkomen
  2. zult vooruitkomen
  3. zal vooruitkomen
  4. zullen vooruitkomen
  5. zullen vooruitkomen
  6. zullen vooruitkomen
o.v.t.t.
  1. zou vooruitkomen
  2. zou vooruitkomen
  3. zou vooruitkomen
  4. zouden vooruitkomen
  5. zouden vooruitkomen
  6. zouden vooruitkomen
diversen
  1. kom vooruit!
  2. komt vooruit!
  3. vooruit gekomen
  4. vooruitkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vooruitkomen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
arbeta sig upp jezelf opwerken; opwerken; uit een minder gunstige positie vooruitkomen; vooruitkomen
bli bättre erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen beteren; bijwerken; corrigeren; goedmaken; herstellen; herzien; renoveren; repareren; verbeteren
förbättra erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen beter worden; beteren; bijschaven; bijwerken; corrigeren; goedmaken; herstellen; herzien; perfectioneren; progressie maken; renoveren; repareren; verbeteren; vooruitgang boeken
gå framåt verder komen; vooruitkomen; vorderen
göra framsteg verder komen; vooruitkomen; vorderen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
bli bättre genezend; helend

Related Translations for vooruitkomen